Gili Islands en Bali 2009

Deel 1: de Gili’s

Voor degene onder jullie die wat bahasa spreken: Ja inderdaad, Gili betekent eiland en daarvan zijn er heeeeeel veel in Indonesië. Maar de 3 eilandjes bij Lombok (Gili Trawangan, Gili Meno en Gili Air) worden in de Indonesische volksmond kortweg de Gili’s genoemd. En Gili Trawangan, de grootste van de 3, is onze eerste reisbestemming.

Trawangan is een idyllisch eilandje, er is slechts 1 weg(getje) waar alleen een paar paardenkarretjes en een enkele fietser rijden. Kokospalmen, bloeiende bomen, restaurantjes en barretjes aan het strand, zon en zee maken het ultieme vakantiegevoel compleet. Echt een relaxt tralalala-eilandje. Maar daar komen we uiteraard niet voor: gedoken wordt er ook.

Er zijn 7 duikscholen op het eiland, waarvan Manta Dive overduidelijk de favoriet is. Daar schrikken we wel wat van, het is er nl. echt een duikfabriek. Maar die schrik is een beetje wederzijds aangezien wij nogal uit de toon vallen bij de andere gasten. Eigen duikspullen?! En wat is dat voor een ding…… een onderwatercamera?!? De gemiddelde gast doet òf een open water cursus òf heeft iets van 20 duiken in het logboek staan. Maar al snel heeft de staf alles prima onder controle. Wij krijgen een eigen gids en de andere duikers worden onder water bij ons (of vooral bij de camera) uit de buurt gehouden. Ondanks dat er soms 20 man op een boot(je) zit merk je daar zowel boven als onder water nauwelijks iets van. En aan de standaard duiktijd van 50 minuten of 50 bar hoeven we ons niet echt te houden.

 

De duiken worden bij alle drie de Gili’s gemaakt en zijn een leuke wisseling van groot en klein spul. De eerste zijn met name heel veel schildpadden, af en toe wat white tips (zowel volwassen als baby), grote tonijnen, puffers, groupers, barracuda’s, morays, octopussen, sepia’s etc.

De nachtduiken zijn geweldig. Sepiola’s, sepia’s en octopussen. Meer slakjes dan overdag, waaronder spanish dancers. Veel krabben en krabbetjes en mooie anemonen. Het enige minpunt is de grote hoeveelheid troep die zich steevast voor je lamp verzameld.

Opvallend zijn de beperkte duikdieptes: onze diepste duik is 23 meter, veel duiken halen de 20 meter niet eens. 

Hann’s reef maakt voor ons de naam als muckdivesite niet waar. Leuke duikstek, maar volgens ons onvoldoende (vreemde) critters om ’t een muckdive te noemen. Wel verschillende soorten pipefish, zwarte giant frogfish, mantis shrimp, spiny lobster en veel klein visgrut.

Na een vijftal duikdagen is het tijd om de spullen in het pakken voor deel 2 van onze duikvakantie. De oversteek naar Bali maken we met Gilicat, compleet met echte kapitein in smetteloos wit pak met een heleboel strepen op de mouw.  We hebben mazzel, de dag ervoor stond er nog veel wind en dus hoge golven, maar tijdens onze oversteek is de zee gelukkig vrijwel vlak.

Deel 2: Bali

Op Bali worden we in Padang Bai opgewacht door een busje van Aquamarine. Bij hen hebben we (via Dive & Travel) een duiksafari geboekt. De chauffeur vraagt ons hoe we naar Menjangan willen rijden: een snelle route of een mooiere route? Aangezien we op onze transferdag toch niet duiken kiezen we voor de toeristische route. Blijkt een erg mooie tocht, langs tempels, rijstvelden en meren. Zien we toch nog iets meer van Bali dan alleen duikstekken.

De volgende ochtend duiken we bij Menjangan, een eiland voor de westkust van Bali. Er zijn nog twee andere duikers op de boot, maar we hebben een eigen gids. Bij het zien van Rokus camera weet hij genoeg: klein spul is de wens. En daar weet onze Janri alles van. Hij is afkomstig van Sulawesi en is duikgids geweest op Lembeh. Wat hem bijzonder maakt is dat hij ook boven water oog voor detail heeft en super klantgericht is. Naar onze eigen duikspullen hebben we geen omkijken: elke ochtend staat alles schoon, (vrijwel) droog en klaar voor een volgende duik op ons te wachten. Voor een fles goeie whisky wordt een halve stad doorgereden en ook de lunches (incl. bij het duikpakket) vinden niet in de eerste maar wel de beste warungs plaats. 

Staat Menjangan bekend om de mooie riffen en koralen, wij zwerven een groot deel van de 1ste duik over het zand en Garden eel point blijkt veel meer een muckdivesite dan Hann’s reef. Vooral de Napoleon snake-eel maakt indruk. Ineens is het feest op het zand over: er steekt een ‘storm’ op en de stroming pakt ons op en voert ons terug naar het rif.

De tweede duik bij Menjangan  is bij Pos 1 waar een mooi wandje overgaat in een helling met koraalblokken. De vele soorten naaktslakken die er zitten maken de duik nog leuker.

 

 

Ons resort ligt in the middle of nowhere. In de omgeving alleen mangroves, een national park en nog wat bouwland. Het resort is enorm uitgestrekt en prachtig aangelegd. Naast het gebruikelijke zwembad zijn er ook hete thermische baden. Door de ligging stikt het er van de vogeltjes, in de mangroves zitten apen en ’s avonds zien we er veel vleermuizen en een soort wasbeer.

Secret bay ligt op een half uurtje rijden van ons resort. De duikstek ziet er niet erg aantrekkelijk uit en oogt als een modderig baaitje. Maar schijn bedriegt. Koud opwellend water zorgt voor veel bijzonder spul. En het zicht valt erg mee, een meter of 8. Ook de voorspelde kou valt mee, de watertemperatuur is 26 graden, slechts 3 graden minder dan Menjangan. Secret Bay blijkt een feest voor critter-lovers en is vergelijkbaar met Lembeh. Bij het vinnen aantrekken stuiten we al op de eerste Elysia’s. Verschillende soorten Frogfish volgen, net als verschillende Chelinodura’s, Up-side-down-jellyfish, Fingered dragonets, Cockatoo founders, Waspfish, Pygmy pipefish, etc.

Voor de volgende dag staat Puri Jati op het programma. Dè muckdive site van Bali, pas enkele jaren geleden ontdekt. Maar jaloerse vissers schijnen de site behoorlijk verziekt te hebben. Uit afgunst is er veel met (sleep)netten gevist, waarbij veel vernield is.

Vlak bij Puri Jati er is al een alternatieve duikstek gevonden, Kalanganyar. Gedoken wordt er nog nauwelijks. Onze chauffeur heeft er familie wonen en al snel komt zijn oma met een grote bak aangelopen die gevuld wordt met zoet water uit een put: spoelbak voor de camera. Ook komt er een bamboetafel, zodat de spullen niet in het zand liggen.

Kalanganyar is een topper als je van muckduiken houdt. We maken er twee duiken en op beide duiken zien we twee keer een mimic octopus. Geweldige beesten. Verder verschillende frogfish, waaronder harige. De tweede duik zien we 6x een Ambon scorpionfish(je).

Wel eens van een pygmee pipehorse gehoord?  Nee geen typfout, maar een kruising tussen pipefish en seahorse, erg leuke beestjes waarvan we er verschillende zien.

Verder veel Ornate ghostpipefish, mooie naaktslakken, mini Pegasus seamoth en heel veel zeekomkommers met Imperor shrimp.

Janri wijst me een klompje stenen aan. Ik zie niets. Dus pakt íe de handel op en geeft het me. De boel begint wat te bewegen en dan pas zie ik tentakels. Het blijkt een Veined octopus met stenen huis te zijn. Later zien we nog meer van die steenblokjes, vaak gecombineerd met schelpen. De topper is een octopus die o.a. de verpakking van Sambal fried chicken als huis gebruikt.  Geweldige duikdag, deze duikvakantie kan al niet meer stuk.

De volgende stop op onze duiksafari is Tulamben, bekend om het wrak van de Liberty en daarom een geliefde en drukbezochte duikstek. Gelukkig is het laagseizoen en bovendien overnachten we op een steenworp afstand. We maken daarom alleen (vroege)ochtend duiken of nachtduiken op het wrak. Niet dat we de rest van de dag dan niet duiken, in de omgeving liggen erg leuke duikstekken waar je (vrijwel) geen andere duikers ziet.

Ik heb niet zoveel met wrakken, maar de Liberty is echt erg mooi. Grote scholen jacks cirkelen rond, en als je heel rustig zwemt wordt je helemaal in de school opgenomen. Verder veel grote vis: enorme groupers en puffers, sweetlips en batfish. 

 

Een grote barracuda showt z’n tanden. Het wrak is mooi begroeid en uiteraard weten we ook weer genoeg klein spul te vinden, zoals Pygmee seahorse en prachtige Allied cowries.

Voor de deur van ons resort van Tulamben ligt de duikstek Coral Garden, waar nauwelijks wordt gedoken. Wij vinden het niet erg, laat iedereen maar op het wrak hangen. Hoeven wij de Harlequin shrimps, Ribbon eels, Leaf scorpionfish etc. met niemand te delen. Die Harlequin shrimp wilden we al jaren zien. Waar Janri die nu ineens vandaan haalt is ons een raadsel. Later legt hij uit dat ‘ie hun eetsporen had gezien op poliepen, bij gebrek aan zeester. Dat verklaart ook waarom die beestjes zo verschrikkelijk enthousiast de zeester aanpakten die hij ze toeschoof: ze hadden gewoon honger.

Ook bij Seraya, vlak bij Tulamben, zien we 2x een paartje Harlekijngarnalen. Ook zien we er Boxershrimp (cheerleader shrimp, zoals Janri ze noemt) en Tigershrimp. Verder alweer ghostpipefish, Thornyback cowfish, nudies en cowries, waarmee ook Seraya een hoog Lembeh-gehalte heeft.

Ons laatste gedeelte van de safari zitten we aan de oostkant van Bali en duiken we voornamelijk bij Nusa Penida. Maar met ‘we’ bedoel ik dan Janri en ik. Helaas is het duiken voor Rokus over: de oorpijn en kaakpijn die hij al bij Tulamben kreeg blijkt een dubbele oorontsteking (beide oren, zowel binnen- als buitenoor).

De manta dive maakt hij gelukkig nog wel mee. Het zicht is helaas slechts een meter of 5, maar dat maakt het ook wel weer grappig. Vanuit het niets duiken ze op, keer op keer. Soms een enorm groot solitair beest, maar meestal 2 of 3 tegelijk. Ruim 70 minuten alleen maar Manta’s, helemaal niet vervelend.

De duiken bij Nusa Penida zijn over het algemeen diepe duiken met veel stroming en rare thermoclines. In zo’n thermocline duikelt de watertemperatuur naar 18 graden en da’s heel erg koud in een tropenpakje!

De gidsen blijven tevergeefs eindeloos zoeken naar Mola-Mola. Alle omstandigheden (seizoen, stroming, watertemperatuur, stand van de maan) zijn goed, maar ze worden de hele week door niemand meer gezien. Een Mola-mola duik is als volgt: je zwemt naar de rand van het rif, tot een meter of 25-30. Daar duikt je gids de diepte in, naar iets van 40-45 meter. Ondertussen trekt de stroming je afwisselend naar beneden, omhoog of over het rif. Bodemtijden zijn snel om, dus wordt de opstijging ingezet. Na een paar van zulke duiken heb ik iets van: ehhh, kunnen we niet gewoon lekker gaan duiken? Niet dat je tijdens zo’n duik niets anders ziet. Maar die enorme fixatie is aan mij niet besteed. Was leuk geweest zo’n beest een keer te zien, maar om er duik na duik mee bezig te zijn…nee, geef mij maar ehhhh ……… een Harlequinshrimp.

Nog zo’n duik is bij Gili Biaha, een haaienduik. Boven water heb ik al zoiets van ai, ziet er wel erg onrustig uit. Dat blijkt te kloppen: een wasmachine op het volledige programma. M’n computer slaat op tilt vanwege de vele te snelle ‘’opstijgingen’’. Als we na een half uurtje naar het eiland geduwd worden en tegen de rotsen geslagen worden breken we de duik af. Ben blij dat Rokus (en vooral z’n camera) er niet bij was.

 

 

Ondanks dat we verschillende grote white tips hebben gezien: dit hoef ik nooit weer. Gelukkig kent Janri z’n duikstekken en zijn de volgende duiken relaxte driftduiken langs prachtige riffen.

We maken een drietal nachtduiken bij Bloo lagoon / Turtleneck. De eerste is superrelaxt en geweldig. Van de nieuwsgierige nurseshark die ineens opduikt schrik ik even, op een nachtduik verwacht je niet direct zoiets groot (en zeker niet zo dichtbij). Maar verder alleen maar erg leuk en lief klein spul. De tweede nachtduik is al wat onrustiger, meer stroming en surge. De laatste nachtduik is echt maf: veel stroming, surge en vooral thermoclines. Aan die temperatuurschommelingen raak je nog wel enigszins gewend. Maar het lastige van die thermoclines is dat ze het zicht totaal verstoren. Maar ondanks dat weer leuk gedoken: 5 of 6 Spanish dancers, verschillende octopussen en sepia’s en weer veel krabbetjes, garnalen en nudies.

Kortom: een prima vakantie gehad, uitermate goed geregeld met heel veel verschillende duiken en duikgebieden. Stond Bali nooit op ons duiklijstje (erger nog, we hebben ’t ons aan laten smeren door Sander) 1 ding weten we heel zeker: hier komen we zeker nog terug.

 

Sanne

 

p.s. meer foto’s vind je op onze website:

Diverosa: Bali en  Diverosa: Gili

 



terug naar reisverhalen